dinsdag 10 maart 2015
Eindelijk, na meer dan drie weken serieus studentenprotest in Amsterdam, doet het College van Bestuur (CvB) van de Universiteit van Amsterdam (UvA) concessies die er tenminste enigszins serieus uit zien. Op het gebied van financiële transparantie en van decentralisatie van besluitvorming is het CvB onder druk van de acties kennelijk in beweging gekomen. Maar op dat kernpunt van democratische zeggenschap, verkiezing van bestuursposities op alle niveaus, dus ook van het CvB zelf, is van zulke beweging amper sprake. En tussen de tien punten waar het CvB mee komt, zit nogal wat gebakken lucht en tot niets verplichtende goodwillpraat. Studenten en docenten hebben met aanhoudende acties beweging in de zaak weten te krijgen. Het is echter veel en veel te vroeg om de overwinning uit te roepen. De boel beweegt, maar nog niet genoeg. Geen reden om de stoppen nu. Ik zou eerder zeggen: blijven duwen!
De toezeggingen van het CvB zijn vervat in “tien uitgangspunten”. Laten we ze eens aflopen, en vergelijken met eisen die door studenten en docenten gesteld zijn.
De eerste twee punten: 1. “Investeren en versterken van de medezeggenschap” – via “meer ondersteuning en middelen” voor de mensen die haar uitoefenen, en via “instemmingsrecht” op een deel van het beleid; 2. “Werk maken van democratisering, door” in een eerder stadium “de universiteit te betrekken bij cruciale besluiten” en “een breed samengestelde werkgroep in te stellen naar vormen van bestuur en directe democratie”. Het komt neer op een CvB dat toezegt: wij zullen jullie beter en eerder informeren, en onderzoek laten doen naar democratischer procedures. Dat klinkt aardig.
Maar zet daar de eisen van De Nieuwe Universiteit (DNU), het initiatief van actievoerende studenten, eens naast. “Democratisering en decentralisatie van het bestuur van de universiteit”. Dat is dus méér dan medezeggenschap; het betreft namelijk het bestuur zelf, niet louter het toezicht er op. In de uitvoeriger versie van de eisen lezen we duidelijk: “Alle bestuurslagen van de universiteit van amsterdam dienen op democratische wijze te worden gekozen”. Dus ook het CvB, waarvan studenten in het toen bezette Bungehuis het aftreden al op 20 februari hebben geëist. “Bestuursfuncties moeten herroepbaar worden”, voegt het uitgebreide eisenpakket er nog aan toe, plus “De mogelijkheid tot bindend referendum per opleiding en faculteit”. Verkiezingen op elk niveau, plus de mogelijkheid om bestuurders tussentijds te vervangen. Dat eisen de actievoerders. Geen onderzoek ernaar, maar doorvoering van deze zeggenschap.
Ook Rethink UvA, het initiatief waarin UvA-docenten zich hebben gebundeld, stelt: “In onze universiteit moeten studenten en medewerkers zeggenschap hebben”. Rethink UvA ondersteunt De Nieuwe Universiteit, we mogen dus aannemen dat de boven verwoorde eis van democratische verkiezing gecombineerd met de mogelijkheid van tussentijds terugfluiten en vervangen van bestuurders, ook de eis van de docenten in Rethink UvA is. Uit een beginseltekst, “Democratizing the University” blijkt dat inderdaad. “Alle posities (bijv. het College van Bestuur, dekens, hoofden van de afdelingen etc.) met de autoriteit om bindende besluiten te nemen, zouden gekozen moeten worden”, direct of indirect. “Er moeten effectieve procedures voor het afzetten van gekozen vertegenwoordigers/ bestuurders zijn in geval van incompetentie of verlies van vertrouwen.” Weer die combinatie: democratische verkiezingen op elk niveau, met de mogelijkheid om gekozen bestuurders tussentijds te vervangen. Dit getuigt van kerngezond democratisch radicalisme. Precies aan dit democratische radicalisme komt het CvB niet tegemoet.
Wat het CvB vandaag biedt, komt niet eens in de buurt van de formele eis van RethinkUvA in een persbericht van 4 maart / : “Dat het CvB direct toezegt een gedetailleerd voorstel te doen ter bevordering van de democratisering van de UvA en ter herstel van vertrouwen dat het eigenhandig heeft ondermijnd – en anders aftreedt.” Een werkgroep instellen tot nader onderzoek van democratie is iets anders dan een voorstel doen o die democratie dichterbij te brengen. Het tweede zou een stap vooruit zijn, het eerste ziet er uit als tijdrekken en de eisen van actievoerders in procedures en overleg te helpen verzanden.
Op het kernpunt: democratische zeggenschap – beweegt het CvB dus nauwelijks. Op het andere kernpunt, decentralisatie, kondigt het CvB als punt 3 aan: “Inzetten op verdere decentralisatie van onderwijs en onderzoek door 1. bevoegdheden zo laag mogelijk in de instelling te l beleggen en 2. vertrouwen vooraf en a verantwoording achteraf als principe in te voeren.” Dat ziet er beter uit. De Nieuwe Universiteit eiste: “Decentralisatie van de universitaire bestuursstructuren”, met “meer zeggenschap voor de afzonderlijke afdelingen, leerstoelen en vakgebieden”. Rethink UvA eist: “Besluiten moeten op democratische wijze genomen worden, op het laagst mogelijke niveau, d.w.z. in de afdelingen (of programmateams) of de faculteiten”. Wat het CvB nu aankondigt is hooguit een voornemen om inderdaad die kant op te gaan. Eerst zien, dan geloven, maar dit biedt wel een handvat, iets waarnaar actievoerders straks bijvoorbeeld kunnen verwijzen als het niet opschiet allemaal.
Hetzelfde geldt voor de transparantie die het CvB nu toezegt:in punt 4: “Volledige financiële transparantie geven, onder andere door de inrichting van een web-based platform waarop alle relevante informatie voor de gehele academische gemeenschap toegankelijk is.” Vraag is daar natuurlijk: wie bepaalt wat die ‘relevante informatie’ is en wanneer de ‘academische gemeenschap’ er toegang toe krijgt? Zonder zeggenschap op samenstelling en koers van het bestuur zelf, is het aanbod tot transparantie dat het CvB nu doet, lang niet voldoende. Gezien het feit dat dit CvB het vertrouwen van studenten en docenten kwijt is, kan ze er natuurlijk ook niet op rekenen dat ze op het gebied van financiën op haar woord wordt geloofd. Zo komt ook dit punt terug op het kernpunt: zeggenschap. Geen inspraak. Geen medezeggenschap via krachteloze mini-parlementen die een oppermachtig bestuur een beetje op de vingers mogen kijken. Zeggenschap, op alle niveaus. Op dat kernpunt is het CvB niet overstag gegaan.
Andere punten vormen een ratjetoe van vaagheid en goede voornemens. Het CvB pleit in punt 10 voor “adequate bekostiging op basis van kwaliteit”. Dat komt tegemoet aan de studenteneis dat financiering niet gebaseerd moet zijn op output – aantal afgestudeerden, aantal diploma’s – maar op wat een behoorlijke opleiding kost. Het legt de “verantwoordelijkheid” hiervoor bij “(d)e politiek”. Als het echt die kant op gaat, zou dit een breuk zijn met de puur kwantitatieve benadering van bekostiging waarin het intussen spreekwoordelijk geworden “rendementsdenken” tot uiting komt. Een breuk hiermee is nodig, maar de oproep die kant op weliswaar tot weinig verplichtend. Ook hier geldt: eerst zien, dan geloven.
Iets concreter is wel de toezegging om het aantal “tijdelijke arbeidscontracten” aan de universiteit te beperken, in samenspraak met vakbonden en medezeggenschapsorganen door “een nieuw percentage af te spreken. Ook dat ligt in het verlengde van wat De Nieuwe Universiteit van het begin af aan eist. Maar ook hier geldt dat er weinig meer is toegezegd dan een richting. Van goede CvB-voornemens wordt nog geen democratische a universitaire gemeenschap opgebouwd.
Van de in punt 9 vervatte fopspeen trouwens evenmin: “Hal van het Maagdenhuis beschikbaar stellen als plaats voor debat (onder voorbehoud van afspraken over beheer en veiligheid)”, lezen we daar. Het maagdenhuis is door actievoerenden zelf dus als zodanig in gebruik. Het CvB zegt hier dus toe wat studenten en docenten feitelijk al hebben veroverd. Dat het Maagdenhuis ook na de actie als lezingenzaal en evenementenhal in gebruik kan blijven, is aardig. Maar de actievoerende studenten en docenten zijn niet in beweging gekomen om een zaal ter beschikking te krijgen. Als de democratische zeggenschap geregeld is, dan zijn die zalen immers ook wel te regelen.
Het gaat dus nog steeds om die zeggenschap. Op dat punt is de strijd niet gewonnen. Precies op dat punt is er dus alle reden om door te strijden. Ja, er zijn dingen bereikt, en hoe. Een bezetting van elf dagen in het Bungehuis; een zinderende demonstratie van 1500 woedende studenten, culminerend in de bevrijding van het Maagdenhuis; een open bezetting van dat Maagdenhuis die nu alweer dertien dagen gaande is… Zo brachten actievoerders het CvB tot op een serieus begin van concessies. Kortom: stevig en aanhoudend actievoeren bracht beweging in de zaak, en de wijdverbreide solidariteit en sympathiebetuigingen hielpen mee. De conclusie is duidelijk. Om meer beweging te krijgen, in de kern van de zaak, is meer en steviger actie nodig, En waarom is dat CvB nog steeds niet opgestapt?
Peter Storm
#1 by jan met de flexibele penis on 2015/03/11 - 13:38
denk maar niet dat deze kritische studentjes veel op hebben met anarchisme. Over 15 jaar zitten ze in de politiek of in het bedrijfsleven en dan schijten ze op anarchisten of op mensen in de bijstand. Alleen de pechvogels zullen kritisch blijven uit eigen belang.
#2 by Janjaap on 2015/03/11 - 10:46
Scherpe analyse Jan
#3 by L on 2015/03/11 - 00:09
Heel erg bedankt, Peter, voor deze waardevolle analyse. Snel geproduceerd ook: keurig op tijd vóór de vergaderingen waar de groepen een standpunt gaan innemen!
#4 by jan met de flexibele penis on 2015/03/10 - 19:29
deze studentjes willen gewoon hun zin hebben.