Een half jaar Trump (2): Zin en onzin rond Russiagate


maandag 24 juli 2017

Het eerste halfjaar Trump in het Witte Huis is getekend door schandalen. Speculaties dat de man gene vier jaar president blijft, dat een afzettingsprocedure – ‘impeachment’ – er voortijdig een eind aan gaat maken – zijn niet van de lucht. Trump heeft intussen grote moeite zijn wetsvoorstellen door het Congres aangenomen te kregen, zoals de vooralsnog vastgelopen afschaffing van ‘Obamacare’ laat zien. Maar er zijn redenen om ons niet rijk te rekenen aan een voortijdig mislukt Trump-presidententschap. En intussen doet dat presidentschap kwaad, veel gewelddadig grensoverschrijdend en goeddeels genegeerd kwaad.

Eerst die schandalen. Ik ga de boel niet inventariseren, we maken er hier geen soap-site van, voor Boulevard kun je terecht bij RTL. Er zijn echter wel belangrijke punten over te maken. De zaak waarmee Trump binnen het establishment van gevestigde politiek en media om t de oren wordt geslagen staat intussen bekend als ‘Russiagate Dat ‘gate’ is al jaren hert achtervoegsel waarmee grote schandalen worden benoemd en verwijst natuurlijk naar Watergate. Dat is de naam van het hotel waar in 1972 het Democratische campagneteam zat, en waarbij vanuit de Republikeinse campagne een inbraak werd gepleegd, die aan het licht kwam. Dat was de aanzet voor een reeks onthullingen over het vuile spel dat gespeeld werd om Republikeins kandidaat Nixon aan een tweede ambtstermijn in het Witte Huis te helpen. Die kwam er ook: Nixon won zijn herverkiezingen met overmacht. Maar de onthullingen leidden er toe dat hij moest aftreden ruim voordat die ambtstermijn voltooid werd. Het hele schandaal werd dus naar dat hotel vernoemd en is als Watergate geschiedenis ingegaan.

Sindsdien heten nogal wat politieke schandalen dus puntjepuntjepuntjegate. Ronald Reagan had in de jaren tachtig van de vorige eeuw te maken met een schandaal toen bleek dat zijn staf wapens verkocht aan Iran – waarmee het land officieel ruzie had – en de winst achter de rug van het Congres om doorsluisde naar de Contra’s, de rechtse huurlingengroepen die, in lijn met Amerikaanse doeleinden, moorddadig vochten tegen de linkse regering van de Sandinisten in Nicaragua. Vervang puntjepuntjepuntje door Contra, en je hebt Contragate. Het is een beetje zoals orkanen hun naam krijgen, alleen dan met een achtervoegsel. Volgens die formule hebben we nu dus Russiagate. Stelt het iets voor? Ja en nee, maar allereerst nee.

De zaak draait om contacten tussen Russische hoge kringen enerzijds en mensen van de campagne van toen nog kandidaat of president-elect Trump anderzijds. Er zou sprake zijn van Russische beïnvloeding van het Amerikaanse politieke proces, waarmee Poetin een dreigend presidentschap van Clinton wilde dwarsbomen of minstens in de wielen rijden. Ik ga het – voor het overgrote deel nogal indirecte – bewijsmateriaal niet wegen, maar zeg wel er dit van. De ‘smoking gun’ heb ik net zo min gezien als andere sceptische waarnemers. Tegelijk is dat geen argument om de zaak weg te wimpelen. Ook bij Watergate en Contragate begon de zaak niet met ondubbelzinnig keihard bewijs, maar met in directe aanwijzingen die vervolgens door noeste journalisten werden nagevlooid. Dat er contacten tussen Trump-campagne en hoge Russische kringen waren die minstens de indruk wekten dat ze impact op het Amerikaanse politieke proces beoogden, en dat Trump-mensen zich zoiets lieten aanleunen uit gemeenschappelijk anti-Clintonisme, acht ik redelijk aannemelijk.

De volgende vraag is dan of de opwinding daarover erg serieus te nemen is. Die opwinding komt vooral uit de andere regeringspartij, de Democraten, en van media die aan die Democraten zijn gelieerd,. Zij schreeuwen moord en brand, met opmerkelijke hypocrisie. Want sinds wanneer is de Democratische partij een tegenstander van politieke beïnvloeding over de grenzen heen?

Laten we eens kijken naar de democratische president Truman, die opviel door diep in het Griekse politieke proces in te grijpen en rechts te steunen in een bloedige burgeroorlog. Eveneens onder Truman beïnvloedde de CIA de verkiezingen in Italië waar de Communistische partij sterk was. Amerikaanse Italianen werden aangemoedigd om, heel spontaan en oprecht, brieven aan familie in Italië te sturen zodat daar netjes rechts gestemd werd. Onder Trumans opvolger, de Republikein Eisenhower, waren er opvallende vormen van beïnvloeding van het politieke proces: een staatsgreep in Iran, een staatsgreep in Guatemala, allebei met CIA-steun, allebei met uiterst bloedige consequenties. Maar laten we vooral de Democraten – de moord-en-brandschreeuwers van vandaag – in het vizier houden.

Het volgende Democratische icoon, J. F. Kennedy, kon er ook wat van. Een door de CIA aangestuurde invasie van huurlingen in Cuba kon nog deels op het conto van diens voorganger onder wie het was voorbereid geschreven worden. Maar de staatsgreep waarmee de CIA en de Amerikaanse ambassade in het toenmalige Saigon de president van het toenmalige Zuid-Vietnam afzetten en maar meteen vermoordden, was waarlijk een Democratische operatie.

Na de dood van JFK kregen we die o zo Democratische, verlichte en progressieve Lyndon Johnson. Onder hem nam de beïnvloeding van het politieke proces in Vietnam groteske vormen aan, met bombardementen en een jaarlijks oplopende troepenmacht van uiteindelijk een half miljoen soldaten die het land terroriseerde met napalm en ontbladeringsmiddel en search-and-destroy-patrouilles die keer op keer op moordpartijen van dorpelingen uitdraaiden. My Lai, de beruchtste moordpartij, vond plaats in maart 1968 toen Johnson president was. Grappig genoeg werd die interventie onder de Republikeinen Nixon en Ford langzaamaan, maar bepaald niet zonder enorm gewelddadige pogingen het tij nog te keren, afgebouwd, overigens niet uit menslievendheid maar omdat het Witte Huis en het Pentagon door kregen dat deze ronde van politieke beïnvloeding contraproductief aan het worden was en niet werkte.

Er is nog een ander voorbeeld van politieke beïnvloeding bekend onder president Johnson: Griekenland. Daar groeide de kracht van centrum-linkse politieke krachten, hetgeen de rechterzijde in dat land er toe bracht een staatsgreep te plegen in 1967. Het bloedige Kolonelsregime werd daarmee ingeluid, en de CIA faciliteerde op de achtergrond. Daar gaan opmerkelijke uitlatingen van Johnson aan vooraf. Toen de Griekse ambassadeur zich beklaagde over een Amerikaanse voorstel om het naburige Cyprus op te delen en erop wees dat het parlement zoiets niet kon slikken sprak Johnson volgens Noam Chomsky de volgende onvergetelijke woorden (1): “Fuck jullie parlement en jullie grondwet. Amerika is een olifant, Cyprus is een vlo. Griekenland is een vlo. Als deze twee kerels de olifant jeuk blijven bezorgen dan moeten ze meppen krijgen van de slurf van de olifant, flinke meppen… Als jullie Eerste Minister me praat geeft over democratie, parlement en grondwet, dan zouden hij, zijn parlement enz ijn grondwet hetw el eens niet zo lang kunnen volhouden.” En, wellicht ten overvloede: “misschien zou Griekenland de waarde van een parlement dat niet de juiste beslissing kon nemen, moeten heroverwegen.”

Dát was, iets botter verwoord dan doorgaans gebruikelijk, de houding van het Democratische establishment, wat betreft politieke beïnvloeding van het politieke proces in andere landen. Die houding is niet wezenlijk veranderd. Om ons verder tot de laatste Democratische president, Obama, te beperken: herinneren we ons nog hoe Amerikaanse luchtaanvallen en Secial Forces het politieke proces in Libië beïnvloedden in 2011, met luchtaanvallen en meer, uiteindelijk culminerend in de demonstratieve moord op leider Khadaffi? “We came, we saw, he died”, in de weerzinwekkende woorden van Hillary Clinton, toenmalige minister van overzeese gebiedsdelen, pardon, Buitenlandse Zaken, later als presidentskandidate enthousiast voorstander van opgevoerde interventie in Syrië.

Waar dit op neerkomt? Beïnvloeding van het politieke proces in andere landen is een Amerikaanse, meer in het bijzonder ook een Democratische, traditie Wat Poetin wordt verweten is iets wat tot de standaardmethoden van de Amerikaanse politiek behoort, juist ook als een Democraat de boel mag besturen. De kritiek op Poetin op dit punt en uit deze hoek is volstrekte huichelarij. Er is maar één wezenlijk verschil tussen wat Poetin via Trump probeerde en wat de VS – onder Roosevelt, Truman, Kennedy, Johnson en Obama deed. Poetin of zijn mensen deden het via schimmige gesprekken. Genoemde Democraten deden het via staatsgrepen, politieke moorden en grootschalige oorlogvoering.

Er is nog iets grondig mis met hoe Democraten Russiagate tegen Trump inzetten. Feitelijk kritiseren ze hem vanuit de rechterflank. Trump profileert zich als keiharde Amerikaanse nationalist. Via Russiagate zeggen Democraten in feite: Trump werkt niet voor Amerika, Trump werkt voor Rusland. Zijn loyaliteit als Amerikaans patriot wordt ermee in twijfel getrokken. Daarmee wordt impliciet die loyaliteit, het patriottisme en nationalisme als iets waardevols bejegend. Trump krijgt kritiek omdat hij niet nationalistisch genoeg blijkt, daar komt het op neer. Als dat nu louter werd gehanteerd om de voosheid van dat nationalisme zelf belachelijk te maken, was het tot daaraan toe. Maar dat is niet de strekking van de Democratische kritiek. Door Russiagate aldus uit te spelen, hijsen Democraten de natie op de troon, en profileren ze zichzelf feitelijk als bétere nationalisten.

Dat is een vergiftig spel dat linkse mensen niet mee moeten spelen. De loyaliteit van Trump aan Amerika of Rusland of beiden is helemaal niets waardevols. Trump is griezelig vanwege zijn loyaliteit aan zijn zakelijke belangen, zijn business partners, en uiteindelijk aan zijn eigen portemonnee en ego. Voor Trump is zijn baantje een leuk theaterstuk waarin hij kan gloriëren. Het regeren zelf is kennelijk een soort verdienmodel voor hem. Mensen om hem heen gebruiken intussen Trump op hun zakelijke belangen te promoten via belastingverlaging, via speelruimte en vergunningen voor allerlei lucratieve projecten, rond uiterst schadelijke grondstoffenwinning bijvoorbeeld. Misschien gelooft Trump en zijn kliek de nationalistische kletspraat die ze dagelijks uitslaan. Misschien ook niet. Het laatste wat we nodig hebben is dat het nationalistische referentiekader waarin Trump zijn zakelijke belangenbehartiging giet, van extra geloofwaardigheid wordt voorzien. En precies dát gebeurt, door Russiagate vooral te hanteren als nationaal loyaliteitsissue te hanteren.

Is er dan niets aan de hand, qua Russiagate? Jazeker wel. Radicale kritiek zou op twee punten de aan dacht dienen te vestigen: de zakelijke kanten van dit alles, en de ideologische strekking. Trump was een zakenman, voordat hij voor politicus ging spelen. Hij zat in de wereld van het grote geld, met name van het snelle grote geld van projectontwikkelaars, rond vastgoed en dergelijke. Hetzelfde soort zakelijke connecties als waarover destijds professor Pim Fortuyn beschikte, en helemaal toevallig is dat niet.

Welnu, die zakelijke connecties houden zich niet aan landsgrenzen. De wereld van snel geld is een internationale wereld, en binnen die wereld valt dus ook Moskou. Dáár – en niet in het idee dat Trump een ‘agent van het Kremlin’ is – ligt de sleutel tot Russiagate. John Reimann, op de linkse website The North Star “De 64.000 dollar-vraag echter, de vraag die ze zich niet stellen is: “wat heeft het Poetin-regime te winnen bij een Trump-presidentschap? Is het dat Clinton op oorlog uit was en Trump niet? Echt? Nee, het antwoord ligt in Trumps lang bestaande rol als een witwasser voor de Russische ologarchen/mafia. (…) Witwassen voor drugskartels en dergelijke is wijdverbreid in de vastgoedindustrie. Dus als ze de rol van Trump begionnen te onthullen, dan dreigt de hele boel te ontrafelen als een stuk breiwerk.” (2) Het gaat dus, als deze interpretatie klopt, om business.

Precies hier zou onze klemtoon dienen te liggen. Ja, de onderste steen mag best naar boven worden gehaald. Dan zal blijken dat het web van verrijking niet alleen wat hoge Republikeinen aan het graaien zijn, maar dat het Democratische establishment in soortgelijke zaken zit. Vastgoeddeals en bouwprojecten spelen vaak juist op het niveau van gemeenten, van grote steden. Nogal wat van die grote steden in de Verenigde Staten hebben een Democratische burgemeester, dus tel uit je witwaswinst. Bob Woodward, kerel, aan de slag, maar dan graag goed!

Ik vermoed daarom dat deze dimensie van Russiagate – de vastgoed/ witwasdimensie dus – wel eens vrij weinig aandacht in het Congres zou kunnen krijgen van Democratische kopstukken. Mochten Republikeinse Trump-bondgenoten het te benauwd krijgen onder Democratische druk, dan kunnen ze vermoedelijk heel effectief reageren met gerichte onthullingen of dreigementen daarmee. Sterker: ik denk dat Democraten juist de kwestie van nationale loyaliteit in dit schandaal opspelen om de business-kanten van het schandaal – de kern, en een kern die ook Democraten kan meesleuren – zo min mogelijk nadruk te geven. Dat is een schandaal op zich.

Nee, die impeachment van Trump gaat zo’n vaart nog niet lopen. Chris Floyd, waar ik op dit punt iets van heb opgepikt, ziet het hier scherp: “Maar als de focus op Moskou gericht blijft, wees dan niet verbaasd om Trump te zien zitten in het toilet van het Witte Huis, spelend met zijn Twitter-apparaat, terwijl intussen Steve Bannon en Richard Spencer zijn herverkiezingscampagne aan het plannen zijn.” (3) Een verontrustend, maar vermoedelijk ook tamelijk realistisch vooruitzicht waar teveel linkse mensen zelf aan meewerken door in het Democratische verhaal van gebrekkig patriottisme en vermeend landverraad mee te gaan.

Russiagate heeft ook een ideologische dimensie, maar ook daar is het geen kwestie van Trump als slachtoffer of medeplichtige in een Kremlin-complot. Het is hier eerder politieke geestverwantschap, een verwant wereldbeeld dat een rol speelt.

Poetin profileert zich al langer als conservatief politicus, met de pilaren van gezin, gezag en geloof als thema’s. We zagen dat in zijn afwijzing van homoseksualiteit als gelijkwaardige optie in relatievorming en dergelijke. We zien dat natuurlijk in de versterking van de Russische staatsmacht, militair maar ook politioneel. We zien het in zijn gekoketteer met de Russisch orthodoxe kerk. Toen punkband-annex-actiegroep Pussy Riot enkele jaren terug spectaculair actie voerde in een kerkgebouw, speelde Poetin de kaart van verontwaardiging over deze heiligschennis effectief uit.

Poetin is een hard rechts politiek leider, en heeft flink wat gemeenschappelijk met lieden als Le Pen en Wilders. Tussen hem en andere rechtse leiders in Europa zijn duidelijk banden van geestverwantschap, maar ook daadwerkelijke contacten. Poetin zien als aanvoerder van een rechts-nationalistische, hier en daar fascistische, stroming in Europa is bepaald niet helemaal onzin.

Die rol speelt hij ook met betrekking tot delen van de Amerikaanse politieke rechterzijde. Politico wijdt daar aandacht aan in een stuk van James Kirchick. “How the GOP became the party of Putin”, heet het, en daarin wordt die GOP – ook wel bekend als de Republikeinse partij veel te veel als slachtoffer van Poetin-intrige neergezet. “Wat ik nooit verwacht had was dat de Republikeinse Partij – die ooit stond voor een gespierde, moralistische aanpak van de wereld, en die de Sovjet-Unie omver hielp te werpen – een gewillige medeplichtige zou worden van wat de vorige Republikeinse presidentskandidaat terecht onze nummer 1-geopolitieke vijand noemde: het Rusland van Vladimir Poetin.”

Dat is misleidende praat. Die “gespierde en moralistische aanpak” is niet veranderd: nog steeds legt de VS onder Republikeins management maar wat graag haar wil gewapenderhand op aan anderen, uit naam van de rechtse moraal die die partij graag propageert. Dat Trump-Republikeinen iets minder tegen Rusland tekeer gaan, wordt ruimschoots gecompenseerd door moralistisch spierballenvertoon tegen bijvoorbeeld Noord-Korea en Iran. De Republikeinen zijn niet recentelijk veranderd van principieel en nobel naar opportunistisch en kwaadaardig. De opportunistische kwaadaardigheid vertonen ze al zeer, zeer lang. Kirchick doet hier aan mythevorming.

Wat hij wel goed ziet is het feit dat veel rechtse Amerikanen – eerst marginale figuren als Pat Buchanan, maar inmiddels dus flinke delen van de partij aan de macht, de Republikeinen onder Trump – Poetin zien als bondgenoot, geestverwant. Wat hij ook goed ziet is dat Poetin – of beter gezegd, zijn functionarissen, inlichtingenlui en dergelijke – steun zoekt en vindt en invloed opbouwt in rechtse kringen in de VS. Dat past in het eerder geschetste beeld van Poetin als aanvoerder van een internationale rechtse coalitie van politieke krachten. Onder die krachten – ik wijs er nog maar even op – dus ook lui als Geert Wilders en zijn fascistenclub in Nederland. Alleen al daarom kunnen linkse en radicale mensen niet meegaan in de Poetin-vriendelijkheid die je hier en daar in progressieve, alternatieve kringen soms tegenkomt. Ik sta lijnrecht tegenover die Poetin-vriendelijkheid, niet vanuit een pro-Westerse anti-Russische houding, maar uit vrijheidslievende, antifascistische overwegingen.

Terug naar de VS en Russiagate. Trump en Poetin zijn dus geestverwanten, en Poetin hanteert die geestverwantschap ongetwijfeld zo goed als hij kan in zijn eigen belang. Maar dit alles maakt Trump nog niet tot een pion van het Kremlin. Als Trump een pion is, dan eerder van Bannon of van Goldman Sachs, en dat is ruimschoots ernstig genoeg.

Dat er, zowel in het kader van geestverwantschap – en ja, ook gemeenschappelijke afkeer van Clinton – én in het kader van zakelijke connecties van vastgoedige aard – contacten zullen zijn geweest tussen Trumpianenen Poetinisten in verkiezingstijd? Ja. Maar het hele verhaal doet wellicht toch eerder denken aan Dallas en Dynasty dan aan James Bond. Hetgeen de boel overigens niet minder onfris maakt, alleen wel anders onfris dan in het door Democraten zo graag geschetste patriottische beeld.

En nog iets. Poetin en Trump mogen dan soms redelijk vriendelijk zijn tegenover elkaar, dat garandeert bepaald geen vreedzame relatie tussen de staten van beide presidenten. Achter staatsbeleid zitten grotere belangen dan de vriendschap, echt of geveinsd, van staatshoofden. VS en Rusland blijven rivalen op het wereldtoneel. Ook van zoiets is er een interessant precedent uit de eerste decennia van de twintigste eeuw. Wilhelm II, de Duitse keizer, en Nicolaas II, de Russische tsaar, waren via huwelijkspolitiek aan elkaar verbonden. De vrouw van de tsaar was een Duitse prinses. Allemaal heel gezellig. Weerhield dit de Duitse en de Russische staat ervan om in 1914 tegen elkaar ten oorlog te trekken? Zullen diepe conflicten tussen de Amerikaanse en Russische heersersgroep – over strategische invloed in Oost-Europa en Syrië bijvoorbeeld – echt naar de achtergrond verdwijnen, enkel omdat The Donald het zo goed kan vinden met Vladimir?

(wordt hoogstwaarschijnlijk nog een keertje vervolgd)

Noten:

1 Geciteerd in Noam Chomnsky, “Turning the Tide – US Intervention in Central America and the Struggle for Peace” (Boston, 1985), 196.

2 John Reimann, “Trump Administration Coming Unravelled”, The North Star, 17 juli 2017, http://www.thenorthstar.info/?p=13580

3 Chris Floyd, “Red Alert: Russian Focus Migyht Save Trump’s Hide”, Empire Burlesque, 14 juni 2017, http://www.chris-floyd.com/home/articles/red-alert-russian-focus-might-save-trump-s-hide-14062017.html

3 James Kirchick, “How the GOP Became the Party of Putin”, Politico, 18 juli 2017, http://www.politico.com/magazine/story/2017/07/18/how-the-gop-became-the-party-of-putin-215387

Peter Storm

,

  1. #1 by Nayoko Sadashi on 2017/07/25 - 17:50

    Goed stukje.

    Het is inderdaad zo, dat sommige mensen van links voor Poetin vallen. Althans, het zullen er niet heel veel zijn, maar ik kende een Iraanse marxist, die in Poetin een bondgenoot van Iran zag en dus partij koos voor Poetin. Ook was hij voor Assad etc, want Assad zou een counter imperialistische macht zijn.

    Over dit laatste, die Assad etc, heb ik totaal geen kennis, de duizenden verwikkelingen daar en de tonnen aan rebellen groepjes, in Syrie

    Wel weet ik dat Assad gifbommen op zijn eigen bevolking gooide, dus het lijkt mij iemand waar je sowieso niet achter staat. Als je de man ziet, dan verbaasd het je ook niet, dat deze man gifbommen gooit op mensen.

    Daarnaast, men kan Poetin als counter imperialistische macht zien, vanuit marxistische ( haast Stalinistische) visie. Zoals een Noord Korea ook een tegenmacht is, maar dit rechtvaardigt niets. Dat Amerika jou bedreigend vind als staat en dat jij atoomwapens bezit, maakt jou nog geen ‘verlosser’. Ja, maar Amerika is veel erger, zegt de marxist dan, wat gewoon geen argument is. Als je een klaplong krijgt, wil je dan een linker of een rechter klaplong. Wil je Trump of Poetin ?

    Amerika en Rusland, het zijn kapitalistische grootmachten, die op dit moment geregeerd worden door conservatieve volksmenners, kortom, een klaplong is een klaplong. Prump en Toepin.

Comments are closed.