donderdag 25 september 2014
Nederland gaat ten oorlog. De vijand is gevaarlijk en ligt overal op de loer. Die vijand is de Islamitische Staat, dat Kalifaat, een gewapende afpersersbende die, voorzien van slecht verteerde brokstukken van aan de vroege Islam – of beter gezegd: wat daarvoor moet doorgaan – ontleende en uit haar verband gerukte dogmatiek een dictatuur heeft gevestigd in delen van Irak en Syrië. In de strijd tegen die vijand draait de propagandamachine op volle toeren. Loyaliteitsverklaringen worden geëist, angst gezaaid, allemaal in dienst van die oorlog. Een tweeluikje, waarvan hier deel 1.
1 de onzin van het ‘afstand nemen’
Deel van de oorlogsstemming is de eis aan moslims om ‘afstand te nemen’ van IS. Het is alsof elke moslim weggezet mag worden als IS-sympathisanten, tot zij of hij het tegendeel laat zien. Nu ga ik niet over het al dan niet ‘islamitisch karakter’ van de club. Maar de onophoudelijke oproep aan moslims om ‘afstand te nemen’ van IS – er van uitgaand dat die er niet bij voorbaat al is! – is marginaliserend, verwerpelijk, verkeerd. Het functioneert als een verplichte loyaliteitsverklaring in oorlogstijd.
En het is misplaatst ook. Je kunt afstand nemen van iets waar je eerder weinig tot geen afstand tot had. Als je ergens iets mee te maken hebt, dán is de vraag om je daarvan los te maken interessant. Moslims hebben echter niets te maken mat IS, behalve dan dat IS het geloof van moslims misbruikt als grabbelton van misleidende citaten en rechtvaardigingen voor geweld. Maar soortgelijk misbruik is helemaal niet kenmerkend voor ‘de islam Elke godsdienst kan op soortgelijke wijze misbruikt worden, en hetzelfde geldt voor elk leerstellig ideologisch systeem. De Spaanse fascistische dictator Franco, de Kroatische fascistenchef Ante Pavelic, de Slowaakse fcollaborasteur Tiso tijdens de Tweede Wereldoorlog – allemaal zagen ze zich als katholiek, zoals Baghdadi, de kalief, zich als moslim ziet. De manier waarop met name die Pavelic huishield – het terroriseren en afslachten van joden en Serviërs, waarbij ook de eis gedwongen bekering niet ontbrak – vertoont met de praktijken van Baghdadi ‘s boevenbende een opvallende verwantschap.
En al die Latijns-Amerikaanse dictaturen van de jaren veertig tot ver in de jaren tachtig van de vorige eeuw die zich als vrome katholieken profileerden Zijn zij typerend voor het katholicisme, en moest elke katholiek dus maar ‘afstand nemen’? Of zijn het juist deze fascistische bendeleiders en dictators die zélf afstand namen van wat de overgrote meerderheid van katholieken als kernwaarden van hun geloof zagen: naastenliefde, nederigheid, noem maar op? Moest de protestantse antiracistische dominee Martin Luther King ‘afstand nemen’ van de Ku Klux Klan omdat die KKK zich eveneens veelal op het protestantisme beriep in haar rassenhaat?
Geen enkele wereldbeschouwelijke keus is trouwens veilig, al lenen wereldbeschouwingen met absulute waarheidsclaims zich er misschien iets makkelijker voor dan wereldbeschouwingen waar de waarheid een voortdurend onderwerp van discussie, argumentatie en bewijsvoering is. Godsdiensten zijn op het eerste gezicht bruikbaarder dan seculiere stelsels, maar waar die stelsels worden uitgedragen door machtsbeluste fanatici vervaagt dat onderscheid makkelijk. Moet Karl Marx bijvoortbeeld uit zijn graf gesleurd worden om ‘afstand te nemen’ van de Rode Khmer in Kampuchea, omdat die lui hun terreurbewind legitimeerden met verwijzingen naar diens ideeën? Zullen we maar meteen elke democraat vragen om ‘afstand te nemen’ van de 25 jaar ter ziele gegane Duitse Democratische Republiek en van Democratisch Kampuchea, zoals het Rode Khmer-bewind zich liet noemen?
Ook als anarchist ben je niet veilig voor dit mechanisme. In 1894 rechtvaardigde een zekere Emile Henry voor de rechtbank het gooien van een bom in een café, in de volle wetenschap dat de slachtoffers van die bom geen hoge functionarissen waren van kapitaal en staat, maar doodgewone mensen wiens ‘misdaad’ het slechts was dat ze de macht van de kapitalisten accepteren, zij “die tevreden zijn met de bestaande orde, die applaudisseren voor de daden van de regering, en aldus haar medeplichtigen worden” (1)? Een bespottelijk breed idee van ‘medeplichtigen’ die dan ook nog de dood in gejaagd mogen worden.
Henry beschouwde zichzelf als anarchist. Zijn keus en rechtaardiging opent echter de weg, niet naar anarchie als solidaire vrijheid maar naar een nieuwe, onverdraagzame minderheidsdictatuur, eventueel van een anarchistisch etiketje voorzien. Gelukkig is dit soort gedachten en praktijken binnen het anarchisme altijd een volstrekt marginaal strominkje geweest. De drager van dit idee slaagt er echter in het te beargumenteren met aan het anarchisme ontleende argumenten. Maar moet ik als anarchist ‘afstand nemen’ van Henry, zijn daad en zijn opvatting? Of volstaat het met er op te wijzen dat dat soort daden juist als anarchist verafschuw als in strijd met mijn idealen, er op geen enkele manier op aanspreekbaar ben en er dus ook niet voor op het matje hoef te worden geroepen? Ik hoef de afstand niet te nemen, die afstand is er al lang.
Zo is het dus ook met moslims en die ISIS-misdadigheid. Ieder weldenkend en sociaal voelend mens verafschuwt zoiets en voelt er geen verbondenheid mee. Geen van al die weldenkende en sociaal voelende mensen verdient het om er uit gelicht te worden en op het matje geroepen, enkel op basis van het pure feit dat ISIS zich op dezelfde godsdienst beroept als zij.
Afstand nemen is dus onzin, tenzij er van wérkelijke gemeenschappelijkheid sprake is. Je kunt van een VVD-er vragen om afstand te nemen van het beleid van Rutte, je kunt Rutte vragen om afstand te nemen van de NAVO-politiek waar hij zich aan heeft verplicht. Je kunt van de SP vragen om afstand te nemen van foute besluiten en uitspraken die leidende SP-ers doen, over dwangarbeid bijvoorbeeld, of over Gaza. Maar bij IS is het geen kwestie van ‘afstand nemen’ door moslims die niets mee van doen hebben met die club. De vraag is misplaatst, en degenen die maar door gaan om haar opdringerig te stellen, zijn gewoon bezig met stemmingmakerij tegen moslims en moslimgemeenschappen.
Hoe misplaatst de vraag is, blijkt vandaag, nu een indrukwekkende lijst van respectabele moslim-geleerden en woordvoerders hun naam hebben verbonden aan een “Open Brief aan Al-Baghdadi”, de chef van IS. Nee, de geleerden nemen geen ‘afstand’. Ze laten haarscherp zien hoezeer Baghdadi zelf afstand heeft genomen van de gangbare islam zoals die voor het overgrote deel van moslims maatgevend is. Nee, meneer Baghdadi, de islam staan niet toe om andersdenkenden te vermoorden. Nee, meneer Baghdadi, de islam staat niet toe om zomaar een gewapende strijd uit te roepen. Nee, meneer Baghdadi, martelen en mishandelen van mensen mag niet van de islam. Nee meneer Baghdadi, slavernij mag niet van de islam. Dat werk dus, heel kalm, heel gedecideerd. En het is allemaal keurig voorzien van citaten en verwijzingen naar bronnen die voor moslims maatgevend zijn: de Koran, plus teksten waarin de Koran wordt geïnterpreteerd, en die voor zeer veel moslims geldigheid hebben. De strekking is kraakhelder: wat Baghdadi doet, deugt helemaal niet in orthodox islamitische ogen.
En de tekst is niet gericht aan de dominante Westerse maatschappij met haar hooghartige gesmeek om ‘afstand nemen’. De tekst is gericht aan Baghdadi zelf, aan zijn volgelingen en sympathisanten, reëel en potentieel. Het is een keiharde veroordeling die de grond onder de voeten helpt slaan van zowel de supporters van het IS-kalifaat als van al die moslim-bashers die dat kalifaat in de schoenen schuiven van ‘de islam’. Het is dus, in orthodox islamitische termen, terecht om in het geval van Baghdadi’s dictatuur te spreken van een nep-kalifaat. Overigens denk ik niet dat het juist is als ik als niet-moslim me zelf uitspreek over wat wel en niet de ‘ware islam’ is, wat echt is en wat nep. Daar ga ik helemaal niet over. Moslim-bashers die IS als uiting van die ‘ware islam’ zien, spreken ook nog eens over iets waar ze geen zeggenschap over hebben.
Niet-godsdienstige radicalen als ik hoeven hun afwijzing van IS zelf niet te motiveren met verwijzingen naar Koran en dergelijke. Maar het helpt wel om te laten zien dat hoofdstromingen van de Islam de IS-opvattingen en -praktijken streng en resoluut afkeuren. Daarmee slaan we immers moslim-bashers een ideologisch wapen uit handen. Precies die moslim-bashers en hun praatjes dragen bij aan de huidige oorlogsstemming – een stemming die felle bestrijding verdient.
Noot: (1) “A Terrorist ‘s Defence”, Emile Henry, in: George Woodcock (red.), “The Anarchist Reader”, (Glasgow 1977), pag. 189-196, in het bijzonder pag. 195.
(wordt vervolgd)
Peter Storm
#1 by Auke Veenstra on 2014/09/26 - 11:09
Kort geformuleerd: Helemaal mee eens. Kan ik het vervolg per e-mail toegestuurd krijgen?