woensdag 10 augustus 2016
Een week geleden leek het slechts een kwestie van tijd voordat de stad Aleppo weer in handen van het Syrische bewind was. Enkele dagen geleden slaagden gewapende oppositiegroepen er echter in het beleg te doorbreken. Een overwinning voor het Assad-bewind zou slecht nieuws zijn geweest. Een overwinning voor deze gewapende oppositie is echter eveneens slecht nieuws. Tussen Assads schrikbewind enerzijds en de diverse jihadistische strijdgroepen die daar tegen strijden, is een fatsoenlijke keus niet mogelijk. Hoe eerder beide kanten in deze oorlog het veld ruimen, hoe beter.
Alepppo beleefde de afgelopen weken een zwaar beleg door regeringstroepen. Die kregen steun van revolutionaire gardisten uit Iran, van de Libanese sjiitische beweging hezbollah, van sjiitische, eveneens door Iraan aangestuurde milities, en van de sinds herfst 2015 bruut bombarderende Russische luchtmacht. Het is aannemelijk dat vooral dat Russische militaire ingrijpen het bewind van Assad van de ondergang heeft gered. Maar het wordt intussen steeds duidelijker dat de hier en daar vorig jaar voorspelde snelle overwinning van Assad is uitgebleven. Sommige commentatoren konden destijds hun ongeduld om die overwinning uit te roepen, amper bedwingen. Bijvoorbeeld Mike Whitney in Counterpunch, 6 oktober 2015: “Dit is het patroon dat we de komende weken verwachten te zien. Russische bommenwerpers zullen doelen aan de frontlinie verzwakken (‘soften up’ in het origineel, PS), grondtroepen zullen stellingen betrekken en ontelbare jihadi’s zullen vluchten, zich overgeven of neergemaaid worden waar ze staan. Bottom line: Syrië zal geen moeras worden zoals de media voorspellen.” Deze ontwikkeling juicht Whitney toe, waarbij hij bepaald over het hoofd ziet dat het niet alleen ‘jihadi’s’ zijn die worden gedood of verdreven. Daarvoor hebben we inmiddels teveel berichten over burgerslachtoffers door Russische luchtaanvallen gezien. Enkele dagen eerder had Whitney de Russische operaties nog wat explicieter geprezen: “Zo bestrijdt je terrorisme als je serieus bent. Bravo, Poetin.”
Dat was toen de façade dat Rusland vooral IS bombardeerde, nog niet helemaal aan gruzelementen lag. Inmiddels weten we dat Rusland, net als het Assad-regime zelf, de volgende gelijktrekking maakt: alle jihadisten zijn hetzelfde als IS; alle gewapende strijdgroepen zijn jihadistisch; alle gewapende strijdgroepen zijn dus legitiem doelwit. Dat die strijdgroepen in en vanuit vaak dichtbevolkte steden opereren, maakt die steden dus ook doelwit. Zo opereerde het Amerikaanse leger in Vietnam, en het Russische leger in Afghanistan: gewapende strijd bestrijden door de bevolking waartussen het verzet opereert te bestoken.. Beiden liepen vast in het spreekwoordelijke moeras dat gewapende strijd opleverde.
In een soortgelijk moeras belandt intussen ook de Russische interventie, in strijd met de triomfantelijk-bloeddorstige voorspelling van Whitney. Want tien maanden nadat Whitney de Russische president al zo ongeveer bedankte voor de overwinning van Assad, wil die overwinning zich maar niet voltrekken. Dat blijkt nu dus rond Aleppo. Een schrikbewind dat niet weet te winnen, en een grote mogendheid die dat schrikbewind niet aan de overwinning weet te helpen, dan komt dat mij op zichzelf over als goed nieuws. Maar….de zaak staat niet ‘op zichzelf’. Want de terugslag voor de ene verschrikking is tegelijk de opmars van een andere verschrikking, met een andere grote mogendheid als sponsor.
Bekijken we het front rond Aleppo van wat dichterbij, dan zien we hoe fout het is om welke van de twee kanten dan ook van steun te voorzien. In het Oosten hielden gewapende oppositiegroepen stand, zijn nu door de belegering heen gebroken en in de tegenaanval gegaan. Welke groepen betreft het? Trouw noemt er vier. Allereerst Jabhal Fateh al-Sham, tot voor kort bekend als Al-Nusra. De naamsverandering gin gepaard met een loskoppeling van de club: die was officieel verbonden met Al Qaeda, maar is dat niet meer. Deze scheiding ging overigens in overleg met… Al Qaeda! Het is dus een facelift, een PR-operatie, zodat het voormalige Al Nusra niet meer voor ‘Al Qaeda’ kan worden uitgemaakt. Inhoudelijk verandert er niets, het blijft een keihard jihadistische groep. Twee andere clubs zijn Ahrar al-Sham en Nour al-Din al-Zenki, eveneens jihadistisch van aard. Pikant: de tweede van die clubs krijgt steun van de CIA. Ten slotte noemt Trouw dan nog het Vrije Syrische leger, dat te boek staat als ‘gematigd’en ‘seculier’, en ook hieraan verleent de VS steun. Maar ook Trouw erkent: “In het leger dat bekend stond als gematigd, is nu ook ruimte voor extremisme.” We hebben dus drie jihadistenbrigades, plus een brigade waarbinnen jihadisten niet afwezig zijn. Geen erg inspirerend alternatief tegenover Assads brigade.
Het conflict in Aleppo heeft intussen meerdere dimensies. Religieus-etnische groeperingen staan tegenover elkaar, maar arm versus rijker speelt ook een rol. De gewapende oppositie zit in het oosten van de stad. Daar is de bevolking soennitisch, maar vooral ook straatarm. Pro-regime-troepen zitten in het westen van de stad. Daar wonen meer alawieten en chrhistenen, en de bevolking is er wat welvarender. Alawieten en christenen zien het regime als beschermer, en daar hebben ze reden voor. “Vooral de laatste twee groepen hebben veel te verliezen als de jihadisten en andere soennitische rebellen hun wijken binnentrekken, Zij vrezen voor een bijltjesdag. Die angst is niet onterecht, zo legt Trouw uit en wijst hiervoor op de naam van de campagne waarmee het beleg werd doorbroken: “’Ghazawat Ibrahim al-Yousef’. Daarmee refereerden zijn aan een beruchte Syrische terrorist die in 1979 een groep militaire rekruten scheidde op basis van hun religie. De soennitische rekruten liet hij gaan, de sjiiten werden door hem afgeslacht. Een strijder van Fateh al-Sham (het voormalige Al Qaeda) zwoor in een videoboodschap hetzelfde te zullen doen met de alawieten als de jihadisten de stad in handen krijgen.” Dat is meer dan zomaar ‘bijltjesdag dat is dreiging m et religieus-etnische zuivering. En het is meer dan zomaar een incidentele ontsporing.
De jihadistische bewegingen baseren zich op een strenge politieke interpretatie van de Soennitische islam, en streven via die interpretatie naar een maatschappij waar niet-Soennieten geen vrijheid hebben, waarin ze serieus kans lopen om weggezuiverd en uitgemoord, te worden. Sektarisch geweld tegen alawieten en christenen is precies een symptoom waaraan je de totale verloedering van wat als opstand tegen dictatuur is begonnen, kunt aflezen. Het trieste is hier dat die opstand zelf wortelde in de marginalisering die veelal straatarme conservatieve soennieten ondervonden door een regime dat door alawieten werd gedomineerd. De staat hanteerde een opgelegd officieel secularisme dat wel wist hoe je religieuze mensen moest schofferen maar niet in staat was diezelfde mensen gewoon brood op de plank te bieden. De opstand van 2011 begon niet louter als soennitische opstand. De revolte begon wel degelijk óók als klassenstrijd, als opstand van arm tegen rijk. Maar binnen de kortste keren domineerden aan beide kanten de sektarische dimensies. Vandaag de dag is het onzin om de oppositie te steunen, enkel vanwege het feit dat armoede een rol speelde bij het ontvlammen van de opstand. Vandaag de dag staan twee reactionaire krachten tegenover elkaar, en Aleppo wordt tussen die twee reactionaire krachten verpulverd.
Interessant is wel hoe de gewapende oppositiegroepen zo vrij opeens de omsingeling wisten te doorbreken en tot de tegenaanval wisten over te gaan. In Trouw wordt de brede samenwerking van groeperingen als factor genoemd: “En niet eerder werkten zoveel groepen met elkaar samen in een slag.” In een oorlog waarin de gewapende oppositie vaak ook onderling slaags raakt, is die samenwerking inderdaad opmerkelijk. Dat Al Nusra haar A-Qaeda-jasje heeft uitgedaan, zal die samenwerking vast makkelijker hebben gemaakt. Dat deze doorbraak bij Aleppo vrij snel na die naamswijziging kwam, lijkt me niet geheel toevallig.
Maar er is mogelijkerwijs meer. Een deel van de gewapende groepen krijgen dus CIA-steun, zoals ik al meldde. Er zijn aanwijzingen dat die steun recentelijk is opgevoerd. De World Socialist Website (WSWS) wijst op artikelen uit de New York Times die daarop zouden duiden. Iik ben gaan checken, en de geciteerde berichten dat rebellen van de VS “meer kregen dan waar ze om hadden gevraagd” kloppen inderdaad. Wat de WSWS echter niet naar voren haalt uit één van de genoemde stukken, is dat er ook recenter uitspraken zijn van oppositiewoordvoerders, waarin geklaagd wordt dat de aanvoer van wapens j recentelijk opdroogt. “In recente interviews zeggen commandanten van de rebellen dat de aanvoer van buitenlandse wapens die nodig zijn om het beleg te breken, vertraagd is.” Een aanvoerder van een door de CIA gesteunde groep klaagde dat “zijn groep de afgelopen twee weken geen raketten had gehad”.
Ergens is dat opdrogen, áls het klopt – de NY Times staat niet bekend om waarheidsliefde – ook logisch. Het wordt immers steeds duidelijker dat de VS het intussen met Rusland eens is dat Assad voorlopig mag blijven. Angst dat anders hetzij IS, hetzij een coalitie van andere jihadistische groepen waar de VS ook geen voldoende greep op denkt te hebben, het land overneemt, speelt hierin een rol. In zo ‘n scenario past wellicht het sturen van wat wapens aan oppositiegroepen om Assad een beetje onder drukt e houden en een potje in het Syrische vuur te houden. Maar het drastisch opvoeren van CIA-steun aan die oppositie past hierin veel minder. Groeiende wapensteun vanuit de VS aan de gewapende anti-Assad-groepen? Ik zie het niet. Het is echter goed denkbaar dat er wel toenemende wapensteun is, maar dan bijvoorbeeld uit staten als Qatar en/of Saoedi-Arabië, die allang die oppositie steunen, en misschien van het aanblijven van Assad nog aanzienlijk minder gecharmeerd zijn dan de VS. Deze aartsreactionaire regimes zijn bondgenoten van de VS, maar spelen tegelijk ook hun eigen spel.
Hoe dit allemaal ook zij, degenen die dachten dat met Russisch ingrijpen de Syrische strijd snel ten gunste van Assad zou zijn beslist, hebben het mis. Die strijd gaat, in al haar reactionaire uitzichtloosheid, door. Noch het Assad-kamp, noch de gewapende oppositie die nu rond Aleppo even de overhand heeft, verdient daarin echter ook maar het geringste linkse, progressieve en/of radicale krediet.
Peter Storm
#1 by Hans van Dijk on 2016/08/14 - 07:50
Het is een strijd tussen Assad geholpen door vooral Rusland tegen de US, Saudie Arabia NATO.
Decennia geleden was het al duidelijk voor de US dat Assad weg moest, de protesten in 2011 kwamen ook niet zomaar uit de lucht vallen maar zijn net als (bijna?) alle Arabische Lentes’ opgezet door het westen en mbv.
Er zijn verhalen (welke ik geloof) dat er tijdens demo 2011 Al Qaida achtige lui zijn geweest die het vuur hebben geopend op security en demonstranten.
Ik volg Syrië op de voet en de westerse msm heeft de kant van de laatste 3 gekozen en is een zeer sterk wapen gebleken.
90% van het nieuws uit Syria komt het ‘syrian observatory for human rights’ , Oa Novini.nl heeft over SOFHR een stuk geschreven http://www.novini.nl/wie-zit-er-achter-het-syrische-observatorium-voor-de-mensenrechten/ en is imo zeer onbetrouwbaar.
Syrië was een prachtig land met prachtige mensen en waar nog steeds ongeveer 80% pal achter Assad staat en het is zeer jammer dat ook dat land na Irak, Libië en vele andere landen naar de klote is geholpen door vooral Amerikanen.
Groet Hans.
#2 by kees romijn on 2016/08/11 - 17:59
Eerst was Saddam Hussein de grote slechterik die verdwijnen moest. Daarna was Khadaffi ineens de grote boosdoener voor de Amerikanen. Nu is Assad ineens de grote boef. Met mijn simpele boerenverstand denk ik dan: wat doen wij westerlingen in vredesnaam in het Midden-Oosten en waarom moeten wij de bevolking aldaar steeds weer de les lezen als het gaat om democratie ? Het gaat gewoon om een neokoloniale rooftocht door het Midden-Oosten en de Nederlandse regering maakt hier deel van uit.