dinsdag 27 november 2012
Het is weer eens zover. Politiegeweld – in dit geval een agent die een jongen van 17 doodschiet – gevolgd door reacties vol begrip voor… de politie die het al zo moeilijk heeft en ondersteuning verdient. In dit geval via betere training. Oefening waarin? In vuurwapengebruik. Mij lijkt dat het de agent in kwestie prima lukte om het vuurwapen hoogst efficiënt te hanteren, maar er wordt iets anders bedoeld.
De feiten zoals nu bekend. Afgelopen zaterdag vroeg in de cochten kwam er een melding binnen dat op station Den Haag Holland Spoor iemand “een man had bedreigd met een vuurwapen”. Politie erheen, op het station bevindt zich een jongen van 17 jaar. Het Openbaar Ministerie (OM) in een verklaring: “Ter plaatse gaf de politie de jongen instructies waaraan hij niet voldeed. Daarna is er een schot gelost door de politie.” Hem was gevraagd zijn handen omhoog te doen, en dat deed hij niet. Het schot raakte de jongen waarschijnlijk in de nek, en de jongen was dodelijk geraakt. Een vuurwapen is op of bij de jongen niet gevonden, zo zegt het OM. Er is dus een jongen doodgeschoten omdat de politie dácht dat hij een vuurwapen had, en omdat de jongen niet deed wat de politie van hem eiste. Ja, het niet opvolgen van politie-instructies is strafbaar, hoe absurd dat voor vrijdenkende mensen ook is. Maar er staat nog altijd niet de doodstraf op.
De reactie van een woordvoeder van de politievakbond ACP is fraai. Gerrit van de Kamp, van die bond, klaagt dat de politie te weinig schiettraining krijgt, dat daar al jaren over geklaagd wordt, en dat dit moet veranderen. Nu lijkt het incident een andere kant p te wijzen: er is één schot afgevuurd, en het was meteen raak ook. Kennelijk was het met de schietvaardigheid van de betreffende agent niet slecht gesteld.
Maar klaarblijkelijk doelt de klacht ergens anders op: het acuut inschatten of er ja dan nee gevuurd moet worden, onder omstandigheden van stress waarbij aarzeling en bedaard afwegen er niet bij is. Er is op de VU onderzoek gedaan waaruit bleek dat het onder stress inderdaad vaak mis gaat met vuurwapengebruik, met name dat agenten dan te vroeg gaan schieten. Maar of betere training dat verhelpt? In het huidige repressieve klimaat, waarin strenger straffen en hard optreden tegen alles wat uit de pas loopt – van ‘relschoppers in Haren’ tot ‘bendeleden’ van Satudarah – alom bepleit wordt, is het niet vreemd dat de politie denkt zo ongeveer een vrijbrief te hebben en in stress-situatie eerst schiet, en zich dan pas overtuigt over de noodzaak ervan.
Hoe precies de toedracht op Holland Spoor bij het doodschieten van Rishi, de zeventienjarige jongen, was, mag grondig worden uitgezocht. Dát er een probleem is met politie die steeds vaker schiet op mensen, en daarbij steeds vaker iemand ombrengt, is echter evident. Alleen al dit jaar zijn er vijf mensen door politie doodgeschoten. De politie denkt een vrijbrief te heben in die richting – en politiek en rechtse media hebben de politie dat gevoel helpen bijbrengen.
De schuld voor dit soort zaken ligt bij alle drie. De agent die het dodelijk schot heeft gelost, dient minstens politiebaan, uniform en wapenuitrusting kwijt te raken. Maar laten we ons doelwit in verzet tegen politiegeweld breder kiezen dan afzonderlijke agenten, breder dan de politie als geheel, en ‘ordelievende’ politici en law-en-order-schreeuwende media als medeplichtigen aanwijzen.