donderdag 18 oktober 2012
Afgelopen nacht zijn er wat verfbommetjes gegooid tegen de woning van Gert Leers, Minister van Deportatie en Opsluiting. ‘Geen Bloed Aan Mijn Handen’ geeft een toelichting en, wijst daarin op het hardvochtige beleid dat de minister tegen vluchtelingen door blijft zetten. “Willen we serieus terugvechten, dn moeten we de bijl aan de wortel van dit systeem zetten en een meer menselijke en vrije smenleving ervoor in de plaats ontwikkelen. Een paar verfbommen zijn daarbij slechts een kleine druppel, maar laten ze een inspiratie zijn om de strijd voort te zetten.” Duidelijke en noodzakelijke taal, in woorden en in daad.
Minister Leers heeft al gereageerd. Hij gaat aangifte doen. Haha. Hij vindt het “niet acceptabel wanneer iemands demonstratie zich richt tegen iemands persoonlijke bezittingen en daar schade aan aanricht.” Hahaha. Dit kan leuk worden. Het aanrichten van schade aan iemands persoonlijke eigendommen is reden tot aangifte? De ambtenaren van Leers zijn voortdurend bezig met het beschadigen, niet slechts van eigendommen van vluchtelingen – al is dat bij ontruimingen van vluchtelingenkampen zoals in Ter Apel schering en inslag – maar met het beschadigen van vluchtelingen zélf. Daar zijn steviger middelen tegen gerechtvaardigd dan een futiele aangifte.
Tekenend is de toestand in het actiekamp ‘Recht op Bestaan’, dat vluchtelingen nu al vier weken in stand houden op de Koekamp in Den Haag. Actieverenden houden daar vol in erbarmelijke omstandigheden. Die zijn niet vooral aan het weer te wijten, maar boven alles aan de opstelling van autoriteiten. Harry Westerink (1) omschrijft de manieren van burgemeerster Van Aartsen terecht – en nog tamelijk ingetogen – als “hufterig”. Die hufterigheid uit zich in neerbuigende taal, maar vooral in politieoptreden. Vluchtelingen mogen geen beschutting hebben, afgesloten tenten zijn verboden. Toiletten mogen niet. Als mensen kou vatten in de komende, ongetwijfeld koudere weken, als mensen ziek worden wegens gebrekkige hygiëne, dan is Van Aartsen medeplichtig. Als er iemand zou komen te overlijden door dit soort zaken, dan is Van Aartsen medeplichtig. Aan dood door schuld, maar gezien de systematiek in het beleid misschien ook wel aan moord met voorbedachten rade.
Maar Leers, niet Van Aartsen, is de grote aanjager van dit soort mishandeling. Zijn beleid heeft als kern: vluchtelingen het leven zó zuur maken dat ze capituleren en aan hun gedwongen vertrek zelf meewerken. Dat gedwongen vertrek heet dan ‘vrijwillig’. Met de rechtvaardigheid wordt tegelijk de taal met voeten getreden. Op het kamp in Den Haag dook al een ambtenaar van de Dienst Terugkeer & Vertrek op, voorzien van brief met een voorstel. “Ik kan u alleen onderdak bieden als u bereid bent om mee te werken aan verrtrek uit Nederland.” Mensen noemen zoiets ‘chantage’. Ministers noemen zoiets ‘beleid’. Verantwoordelijk voor dit beleid: Gert Leers. Verantwoordelijk voor een situatie warin Van Aartsem de vluchtelingen op Koekamp met onophoudelijke treiterijen bejegent: Gert Leers. Legitiem doelwit voor walging en woede vanwege dit onmenselijk beleid: Gert Leers.
Precies in dit soort walging en woede, gecombineerd met een vurig verlangen aan zoveel onrecht een eind te maken, wortelt de keus om een paar verfbommen naar de woning van Leers te gooien Erg he?! Ik zal je vertellen wat erg is. De omstandigheden waaronder de Staat der Nederlanden vluchtelingen laat verrekken, om ze zo mogelijk te deporteren en aan levensgevaar bloot te stellen, dát is erg. Wat Van Aartsen en zijn knuppelknokploeg op het Koekamp doen, dát is erg. Die chantagebrief van de ambtenaar, waarin deportatie verpakt wordt als vrijwillig vertrek, dát is erg.
Dat de complete gevestigde politiek het deporteren van vluchtelingen volslagen acceptabel vindt, en hooguit kibbelt over wanneer wel en wanneer nog niet, dát is erg. Dat je stemmen kunt winnen met éxtra hardvochtigheid jegens mensen op de vlucht, dát is erg. Dat er een compleet bureaucratisch apparaat is, betaald uit belastinggeld dat bij jou en bij mij wordt weggehaald om die hardvochtigheid om te zetten in cellen en bewakers en intimidatie, dát is erg.
Je tegen die deportatiemachine, de opgeklopte hardvochtigheid, de chantage van de ambtenaar, de treiterijen van de burgemeester en het staatsterreurbeleid van de minister keren, dat is niet erg, dat is nodig. In de woorden van Joke Kaviaar: “Terugslaan, terugslaan, terugslaan!”De éen doet dat met tekst, de ander met tenten en weer een ander met een verfbom. Erg?!
(1) Eerder verkeerd gespeld, excuses aan Harry : ), nu dus gecorrigeerd nadat ik werd ingeseind (noot toegevoegd op 24 oktober 2012, om 20.10).
Peter Storm