In Iran broeit iets van opstand


woensdag 3 oktober 2012

In Iran broeit iets van een opstand. Mensen protesteerden vandaag tegen de koersval van de munteenheid, de rial. Die verliest in steeds hoger tempo aan waarde. Betogers botsen met de oproerpolitie die met traangas en arrestaties toeslaat. “Rondom het gebouw van de centrale bank verzamelden zich tientallen betogers die leuzen tegen het regime riepen”, aldus de NRC.

De rial daalt dus in waarde, en rap ook. Moest je voor een dollar in 2009 nog 9500 rial neerleggen, nu is dat al 34.450 dollar. Zo wordt het leven in hoog tempo duurder, en veel spullen zijn voor armere mensen onbetaalbaar aan het worden. Gisteren al een protest bij het parlement van studenten die in het buitenland een studie volgen. Ze protesteerden “omdat ze geen buitenlandse valuta met korting meer krijgen.” Een financiële crisis begint zo dus uit te monden in sociaal verzet. Vandaag dus rellen, waaraan ook geldwisselaars deelnamen. Dat het juist nu gebeurt is niet zo vreemd. Afgelopen maandag kelderde de rial met 17 procent, aldus de berichtgeving van Aljazeera.

Een reden voor de financiële crisis ligt in sancties die Westerse staten aan Iran hebben opgelegd. Die maken verkoop van olie – belangrijke inkomstenbron vor de Iraanse staat en kapitalistenklasse- moeilijker. Dit zet de economie en dus ook de munt onder druk. Maar ook mismanagement speelt een rol in de financiële crisis. De sancties dragen dus bij aan sociale spanning, een spanning die nu leidt tot terecht protest.

Tegelijk is dat geen enkele reden om die sancties te steunen. De VS en Europa willen met die sancties Iran dwingen om hart kernprogramma – volgens hen een stap richting kernbom – stop te zetten. Maar Westerse staten hebben geen enkel recht om zoiets op te leggen aan andere staten, bovendien is het werken met sancties een soort economische oorlogvoering dat maar al te makkelijk als voorzet tot daadwerkelijke agressie kan dienen. Dit wil niet zeggen dat het Iraanse kernprogramma – geen wapenprogramma, maar wel degelijk iets waardoor het maken van een kernwapen dichterbij kan komen – verdedigd moet worden. Immers, de bevolking betaalt de kosten, zowel door het geld dat wel in kernenergie en dus niet in brood wordt gestopt, als ook door de sancties die het bewind ermee incasseert, en waarvan de directe gevolgen juist de armere mensen treffen. Niet de elite, niet de geestelijke leiding, en niet de president.

Het steekspel rond atoomprogramma en sancties is een gevecht tussen Iraanse en Westerse heersers, waarvan de bevolking – nu al vanwege verarming, morgen mogelijk vanwege luchtaanvallen – de dupe is. In dat steekspel partij kiezen, is de Iraanse arbeiders en andere onderliggende lagen van de bevolking in de steek laten. Sancties jagen nu de onvrede weliswaar aan, maar kunnen tegelijk een prachtig wapen in de handen van het bewind zijn om die onvrede verzwakken. Als het bewind erin slaagt mensen te overtuigen dat niet zijzelf, maar ‘buitenlandse agressie’ verantwoordelijk is voor de verarming die de koersval meebrengt, dan staat het bewind sterker tegenover die bevolking. Dan heeft het een excuus voor de narigheid, en degene die dan nog protesteert kan makkelijker geïsoleerd worden, en erger. Degenen die nu de economische druk op Iran verder willen opvoeren om ‘regime change’ te bevorderen, geven het bewind daarmee in feite een extra handvat en excuus voor meer repressie.

De hoop in Iran ligt niet in een ‘regime change’ die het bewind vervangt door een plooibaar pro-Westers bewind dat misschien geen kernprogramma doorvoert, maar wel de bevolking tot verdere armoede drijft met bezuinigingen – ‘om het vertrouwen in de munt te herstellen’, of vanwege wat voor bezuinigingsexcuus dan ook. Gemanipuleerde ‘regime change’ brengt de bevolking van de regen in de drup. Authentiek volksverzet – waarvan de rellen een uiting zijn – kan echter verandering doordrukken waar mensen wel iets aan hebben. Dat geldt vooral als straatprotest – tamelijk diffuus van karakter- zich verbindt met protest in de bedrijven zelf. Straatprotest tegen bijvoorbeeld prijsstijging was er al eerde. Op 23 juli bijvoorbeeld schreef The Guardian over een video’s die klaarblijkelijk een protest van enkele honderden mensen in Nishapur tegen de gestegen prijs van kip lieten zien. Maar ook in bedrijven is merkbaar onvrede. In dit verband verdient een hoogst opmerkelijk initiatief vermelding. Associated Press schreef erover. Het betreft een petitie die onder arbeiders in allerlei fabrieken en bedrijven is verspreid. In die petitie wordt geklaagd over de economische toestand, en met name over grote prijsstijging waarbij de loonstijging ten achter blijft. De petitie kreeg rond de 10.000 ondertekenaars. En als de regering niets doet tegen prijsstijging en achterblijvende lone, dan volgt er meer, denkt gasfitter en activist Jafar Azinzadeh. “Arbeiders zouden niet op het niveau van petities blijven. Ze zouden gaan naar samenkomsten op straat en andere acties.”

De petitie heeft steun gekregen onder diverse groepen arbeiders in meerdere steden. “De handtekeningen omvatten mijnwerkers in het mineraalrijke midden en westen, producenten van voeding en textiel in Teheran en centraal Iran, en buschauffeurs in Tabriz, in noordoost-Iran.” Geen oliearbeiders, zo wordt uit activistische kring gezegd. Die krijgen een relatief hoog salaris. Ongeschoolde arbeiders hebben een loon van omgerekend 95 tot 220 dollar, terwijl de officiële armoedegrens 315 dollar bedraagt. Naast die lage lonen en de hoge prijzen is ook een versoepeling van het ontslagrecht reden voor onvrede.

Nee, een petitie is geen hard actiewapen, maar de reikwijdte van deze petitie is opmerkelijk. Kennelijk – als de berichtgeving ongeveer klopt! – zijn er omvangrijke en redelijk georganiseerde netwerken acties, die mensen uit diverse beroepsgroepen, steden en regio met elkaar in verbinding brengen. Tot in het parlement is er sprake van protest. Een parlementslid wil die versoepeling van het ontslagrecht tot doelwit maken en kondigt zelfs het organiseren van straatprotest aan. Niet iedereen in het establishment is dus even solide in het doordrukken van aanvallen op arbeidersrecht en inkomens, of overtuigd van nut en onvermijdelijkheid ervan. Er broeit iets onderin de maatschappij – en wat er broeit, botst met een bewind dat niet supersterk is, maar tekenen van verdeeldheid vertoont.

Peter Storm

,

Comments are closed.