Egypte: na protesten, hoe verder?


woensdag 28 november 2012

De protesten tegen de machtsgreep waarmee Morsi zichzelf immuun verklarde tegenover de rechterlijke macht en zich feitelijk de bevoegdheid van dictator verschafte, waren omvangrijk, wijdverbreid, en fel. De vraag is echter: wat nu? Morsi wijkt vooralsnog niet, het protest gaat echter ook door. Om de zaken complexer te maken: niet al het protest tegen Morsi’s beleid en macht verdient de waardering die de massabijeenkomst en demonstraties op en rond het Tahrirplein wel verdienen.

Laten we daar eens mee beginnen. Groot was de samengestroomde menigte. “Meer dan 100.000”, aldus de Guardian. “De menigte op het Tahrirplein in de binnenstad werd door sommige kranten geschat op 200.000, één van de grootste demonstraties sinds de val va Mubarak, februari 2011”, schreef Juan Cole.  En Aljazeera noemt een “geschatte 200.000 mensen” als aantal. Dat is – zovele maanden van politieke spanning, met keer op keer demonstraties om de revolutie tegen dreigingen te verdedigen, met de bijbehorende kans op uitputting en demonstratiemoeheid – bepaald geen kleinigheid.

De demonstratie op het plein zelf was vreedzaam, maar aan de randen en in straten in de buurt waren gevechten gaande tuussen oproeprolitie en betogers, met traangas tegenover stenen. Elders in het land waren ook demonstraties, waarbij het vaak hard tegen hard ging tussen betogers enerzijds, politie maar ook Salafisten en Moslim Broeders anderzijds. Juan Cole maakt melding van betogingen in Mansoura en Alexandrië, waar mensen de kantoren van de Moslim Broederschap aanvielen; en Al-Mahallah waar demonstranten en Moslim Broeders slaags raakten. EA Worldview haalt een getuige aan die zegt dat van de kant van de MB met scherp zou zijn geschoten. De Guardian noemt Suez en Port Said als steden waar actie werd gevoerd.

De leuzen richtten zich tegen het decreet van Morsi, maar ook tegen diens positie als zodanig. “Wees gelukkig Moebarak, Morsi treedt in je voetsporen”, noemt EA Worldview bijvoorbeeld. Aljazeera noemt wat spandoekleuzen. Eentje zei: “De Moslim Broederschap heeft de revolutie gestolen”; een ander stelde dat Morsi “de bevolking tot burgerlijke ongehoorzaamheid aan het drijven” was; op weer aan andere werd de Broederschap voor “leugenaars” uitgemaakt. De intussen gangbare demonstratieleus “Het Volk Eist de Val van het Bewind” ontbrak bepaald niet. Juan Cole vindt het aanheffen van die laatste leus onverstandig. Hij zou het verkeerd vinden als de positie van Morsi – toch door verkiezingen aan zijn baan gekomen – via straatactie bedreigd zou worden. Ook het weblog The Arabist waarschuwt tegen ‘maximalistische’ eisen, alsof de revolutie weer helemaal opgestart wordt. Zoiets zou ‘ niet realistisch zijn, en niet fair zijn jegens de islamisten’ – die immers hun man via verkiezingen president zagen worden. Beter zou het volgens dat blog zijn om zich tot het terugdraaien van het presidentiële decreet te beperken en een “meer representatieve grondwetgevende vergadering” na te steven.

Dit soort inzichten zijn niet vreemd voor mensen die geneigd zijn de liberale democratie als hoogste vorm van politiek stelsel, en gekozen politici dus niet via straatactie verdreven willen zien. Maar zelfs wie dat vindt, kan toch wel toegeven dat het aanheffen van een leus – zelfs eentje die oom aftreden van een staatshoofd roept – gewoon een uiting van een mening is, gedragen door zeer velen? Belangrijker: in een strijd voor gerechtigheid kent een opstandige bevolking geen grenzen-bij-voorbaat. Juist in tijden van revolutie is ieder vasthouden aan liberaal-democratische procedures zelf minder ‘realistisch’ dan ooit. Waarom zouden de menigten halt houden bij de grenzen van Cole’s parlementair-democratische voorkeuren? En waarom is de omverwerping van de – reeds vrij zwak staande – Morsi minder realistisch dan die van de ogenschijnlijk ijzersterk staande Moebarak in januari-februari 2012? Hoe realistisch het doorzetten van de revolutie, inclusief de omverwerping van de macht van Morsi en Breoederschap is, zal blijken uit de krachtmeting waarvan het straatprotest een climax is, en niet door de waarschuwende woorden van Arabist en/of Cole.

Hoe nu verder? Vandaag maakten hoge rechters van het Hof van Cassatie en het Hof van Beroep hun werk neer te leggen uit protest. Dat verzwakt de positie van Morsi, en is in die zin niet ongunstig. Zijn poging om de presidentiële, uitvoerende macht boven de rechterlijke macht te verheffen immuun voor juridische inperking, is een kwalijke stap richting machtscentralisatie en dictatuur. Maar dat maakt de rechters nog niet tot vrijheidsstrijders: hun macht is óók staatsmacht, geworteld bovendien in het oude Moebarak-bewind. Morsi legitimeert zijn stap juist als noodzakelijk om de rem die rechters op de revolutie zetten, uit te schakelen. Dat veel rechters inderdaad zo’n rem zijn, en dat vanuit de rechterlijke macht zelf een soort suprematie in het staatsbestel wordt nagestreefd, is echter we degelijk aannemelijk. Tegen Morsi zijn betekent dan ook helemaal niet automatisch: voor de rechters zijn. Het betreft hier een competentiestrijd binnen de staatsmacht die als zodanig tegenover de revolutie van onderop staat. Nu is Morsi het grootste gevaar, maar morgen kan dit weer anders zijn. Dat rechters nu het stakingswapen inzetten is aardig, omdat het de druk op Morsi vergroot en andere beroepsgroepen op ideeën kan brengen. Maar het is zaak dat revolutionairen, opstandige jongeren, demonstrerende en stakende arbeiders, zich geen leiderschap van hooggeplaatste juristen en aanverwante establishment-politici laten aanleunen maar hun eigen onafhankelijke weg gaan.

De demonstratie van gister was een climax van dagen van protest en van opleven van de revolutie. Een nieuwe confrontatie nadert echter. Voor komende zaterdag heeft de Moslim Broederschap demonstraties ten gunste van Morsi aangekondigd. Uit omvang en felheid ervan zal blijken hoe sterk het regime – en feitelijk de islamistische contrarevolutie – is. Dat de Broederschap afzag van haar voornemen om gister gelijktijdig met de revolutionairen te demonstreren, lat zien dat ze zich niet almachtig voelt. Uit tweets, aangehaald door EA Worldview, waarin ze geringschattend over de aantallen demonstranten deed en een miljoen pro-Broederschap-betogers in het vooruitzicht stelde, blijkt arrogantie – maar of dat gezien moet worden als blakend zelfvertrouwen is maar de vraag. Ook bij beduidend kleinere aantallen zijn de mobilisaties van de Broederschap echter gevaarlijk. Haar leden hebben gisteren in Mahallah laten zien dat ze er niet vor terugdeinzen als extra knokploeg voor het bewind te fungeren. Politie plus knokploegengeweld tegen revolutionairen, democraten, linkse en seculiere en radicale activisten, in dienst van een zich versterkend staatsgezag – een zeer naargeestig scenario kan zich dan ontvouwen. De revolutionaire stromingen en bewegingeen die gisteren zo nadrukkelijk hun kracht hebben laten zien, staan tegenover een geduchte vijand die maar beter niet onderschat kan worden.

Peter Storm

, ,

Comments are closed.