Terugval SP: paniek overbodig


donderdag 6 september 2012 (wegens sitebeheer hier pas op zondag 9 september geplaatst)

De Socialistische Partij (SP) heeft te maken met stevige tegenwind, en verliest in de peilingen flink wat zetels. Hoe dat volgende week gaat uitpakken in de stembusuitslag zelf, is echter bepaald geen uitgemaakte zaak, met tientallen procenten van kiezers die nog geen keus hebben gemaakt. Tegelijk is de daling in de peiling te opvallend en te nadrukkelijk om weg te wuiven als onbeduidend. Dat zeg ik als iemand die zelf niet gaat stemmen, maar daarmee niet de fout maakt om de uitslag irrelevant te noemen.

Eerst wat hoofdpunten. Een grote SP volgende week is een lange neus naar rechts, en daarom op zich wel leuk. Een grote SP is ook een teken dat er veel mensen zijn die de gangbare bezuinigingen niet zien zitten, en in meerdere of mindere mate met b neoliberale politiek breken. Als teken, als symptoom, is dat gunstig, net als het erin tot uiting komende verlangen naar een socialer inrichting van de maatschappij op zichzelf positief is. Maar het betreft hier dan symptomen van een verschuiving in gunstige richting. Het idee dat mensen aan die verschuiving veel bijdragen door een symptoom ervan – grote kiezerssteun voor de SP – te ondersteunen is niet zo zinnig, het verwisselt oorzaak en gevolg.. Mensen die breken met neoliberalisme, maar tegelijk de directe actie – en niet de stembus – als hefboom van verandering zien, kunnen hun standpunt met woord en daad van de daken schreeuwen, daarmee bijdragen aan een stemming waar de SP deels een uitdrukking van is. Maar daarvoor hoef je dus geen SP te stemmen. Verkoudheid veroorzaakt nies buien. Maar dat wil niet zeggen dat je verkoudheid versterkt door met niespoeder een niesbui te triggeren.

Evengoed is een terugval in de peilingen om verwante niet leuk is als de groei die wel was. Maar er zijn wel nuanceringen aan te brengen. Rechts zal blijer zijn met een wat kleinere SP, en de grotere PvdA ruimschoots (nog) minder als bedreiging ervaren. Maar een kleinere SP betekent bepaald niet dat de stemming opeens in drie weken tijd minder anti-bezuinigingen is geworden. Hier zie je hoe misplaatst het is symptoom en oorzaak te verwarren. Mensen zijn veel bezuinigingen nog net zo goed zat, ze vinden het echt niet opeens leuker om eigen bijdragen in de zorg te betalen of de ontslagbescherming kapot gemaakt te zien worden. Niet de meningen en de stemming onder mensen is veranderd, alleen de electorale uitdrukking daarvan. Nu heel hard gaan roepen dat we allemaal nu toch SP moeten stemmen, is een krampachtige reactie die nergens voor nodig is. Wie dat ziet zitten zal het toch wel doen, en wie het niet ziet zitten en toch maar PvdA stemt – of helemaal niets, of Piratenpartij – is daarmee niet opeens een fan van het neoliberalisme geworden. Kalm blijven, en gewoon doorgaan met protest en verzet opbouwen, je niet te druk maken over die uitslag is aanzienlijk nuttiger dan hijgend achter de peilingen aanhollen met extra stemadviezen. Ook na een rechtse stembusoverwinning komen we elkaar allemaal echt wel weer tegen, of en wat we nu hebben gestemd of niet. We zien elkaar dan, net als nu, in het verzet op straat en op de werk- en woonplek. Daar ligt onze kracht.

Intussen is er over de vraag waarom de SP terugvalt wel wat te zeggen. Ter verklaring wordt veelal gewezen op de debatten waarin vooral Samson zich als gehaaid en effectief ontpopt en Roemer een beetje het nakijken had. Veel belangrijker lijkt me echter de aarzelende, ontwijkende en klaaglijke wijze waarop de SP reageerde op de reeks grove en leugenachtige aanvallen van rechts. Die aanvallen zaten erin. Rechts voelt zich zo sterk en arrogant dat ze de minste inperking va ondernemersvrijheden, en mildste retoriek tegen bankiers en neoliberale keuzes en hun bijdrage aan de crisis als een aanval, een belediging welhaast ervaren. Dus trekt rechts alles aan demagogie uit de kast, noemt ze de SP extreemlinks, schermt met het maoïstische verleden.

De reactie van de SP hierop was, zelfs in puur verkiezingstechnische termen, zwak. In plaats van stevige replieken kregen we een geschrokken Roemer te zien. “Ik was niet voorbereid op de leugens van Rutte over zijn zorgplannen.” Ongelooflijk. We hebben anderhalf jaar aangekeken tegen een premier Rutte die achter menige lach een leugen plakte, en Roemer is niet voorbereid op zijn leugens? Heeft niemand hem verteld dat burgerlijke politiek bestaat bij de gratie van leugens en demagogie? “Misschien moet ik ook wat minder aardig zijn”, zegt hij ook. Als de SP nu iets uit haar ‘maoïstische wortels’ had mogen behouden, dan was het wel het inzicht geweest dat de klassenvijand bestréden moet worden, als víjand, en dat ‘aardig zijn’ voor je tegenstanders daar niet in past. Overigens is precies die confrontatiehouding iets waar juist rechtse politici erg goed in zijn.

Het terugkrabbelen van Roemer na zijn uitspraak dat hij een boete wegens overschrijding van de 3 procents-begrotingsnorm niet zou betalen was ook tekenend. Met de oorspronkelijke uitspraak spreekt hij een radicaal anti-gevoel aan dat reed leeft: laat de EU het ff bekijken! Met het terugkrabbelen voegt hij zich weer netjes in de consensus. Waarom dan niet gewoon PvdA stemmen die allang innen die consensus opereert? Het geschipper en het zich uiteindelijk voegen naar het midden, laat een SP zien die een doodgewone partij als anderen is, en eentje die juist de dingen waarin ze zich gunstig onderscheidt van de rest, onder druk loslaat. Zo sloopt Roemer zelf zijn unique selling point. Zo verkleint hij de afstand tussen de SP en de PvdA. Die PvdA hoeft dan alleen maar een behendiger debater als aanvoerder te hebben, en de gevolgen zien we nu. Het maakt de argumenten van delen van radicaal-links om toch maar op de SP te stemmen als ‘de enige sociale partij’ nog zwakker dan ze al waren.

, ,

Comments are closed.