Economische catastrofe (1): schuldencrisis, recessie en meer


woensdag 25 juli 2012

Welkom in de Wereldwijde Grote Depressie. Hoe gaan we ons teweer stelen tegen alles wat ons, vanuit de om zich heen grijpende economische crisis, vanuit ondernemers en regeringen wordt aangedaan in de vorm van bezuinigingen, ontslagen, werkdrukverhoging, loonsverlaging en stijgende kosten van levensonderhoud? Die vraag wordt steeds klemmender, nu de catastrofe om zich heen blijft grijpen.

Gisteren was er heel even iets beter economisch nieuws. “De Nederlandse economie groeit in augustus met 0,1 procent vergeleken met een jaar geleden.” Dat wordt althans vanuit de website Z24 voorspeld. “Het is geen krachtig herstel, mar de trend is zonder meer positief”, zo deelt iemand van die website mee. ‘Zonder meer positief’ nog wel. Mag ik dan ook rekenen om 0,1 procent stijging van mijn koopkracht in augustus, vergeleken met een jaar geleden? Gaan mensen die leven van bijstand, Wajong, studiefinanciering, minimumloon, CAO-lonen voor schoonmakers en uitzendpersoneel, er 0,1 procent in koopkracht – niet alleen in kaal percentage maar daadwerkelijk in wat je er voor kunt kopen – op vooruit? Iemand die dat gelooft?

Tot zover dan het bétere nieuws. Veel opvallender – en overtuigender bovendien – is het slechte nieuws dat overvloediger op eens neerdaalt dan de regen van de afgelopen weken. Over Nederland zelf: “Kredietbeoordeelaar Moody’s heeft de financiële vooruitzichten van Nederland, Duitsland en Luxemburg veranderd van ‘ stabiel ‘in ‘negatief’.” Daarmee komt de fameuze AAA-status in gevaar. Problemen voor Nederland: “Moody’s wijst onder meer op de beperkte economische groei, de hoge schuldenlast van de Nederlandse huishoudens en de dalende huizenprijzen.” Die ‘hoge schuldenlast ‘heeft er mee te maken dat mensen geld uitgeven – aan rekeningen voor vaste lasten, maar ook aan spullen die hen via reclame voor de neus worden gehouden – dat ze eigenlijk niet hebben. Dat betekent lenen, en dus schulden. Maar het is het doorgaan met uitgeven, het consumeren, dat nog enigszins een rém op de recessie zet. Als mensen daar mee ophouden, crasht de boel veel harder – iets dat het bericht over Moody’s inschatting er niet bij vertelt. Dit is één van de symptomen van de impasse waarin het kapitaal ons brengt. Schulden maken is slecht voor de financiële stabiliteit a la Moody’s. Geen schulden maken is slecht voor de economie, a la Keynes. You’re damned if you do and you’re damned if you don’t.

Er is meer slecht nieuws. Dat Moody’s nu ook het ultra-stabiele Luxemburg en het ijzersterke Duitsland de wacht aanzegt, is een veeg teken. De Duitse Bundesbank is er niet gerust op en rekent op een beperkte economische groei. “Hoe de economie zich zal ontwikkelen is onzeker.” Sterke punten: stijgende lonen, lagere werkloosheid. Die zijn “goed voor het consumentenvertrouwen”, zegt het berichtje. Degenen die willen bezuinigen – met lagere inkomens en hogere werkloosheid als gevolg – mogen zich daarop stukbijten: hun voorkeur is een gevaar voor de economische groei waar ze zo van zeggen te houden. En de machtigste fans van zulke bezuinigingen zitten nu jist in de Duitse regering. Alweer zo’n tegenstrijdigheid. Intussen heeft Egan-Jones, ook een kredietbeoordelingsbureau, de inschatting van Duitsland maar vast verlaagd van AA-min naar A-plus. “Het land reigt grote verliezen te leiden door de aanhoudende schuldencrisis, aldus het kredietbureau.” Het redden van Griekse en Spaanse banken is nodig, anders kunnen Noord-Europese banken en staten naar hun uitgeleende geld fluiten. Maar dat redden kost enorme sloten met geld – en het staat zacht gezegd niet vast of er van dat geld veel wordt afbetaald. Wéér zo’n tegenstrijdigheid in het kapitalistische functioneren: krediet verschaffen is riskant en kostbaar, de kredietkraan dichtdraaien echter ook. En als zelfs het als financieel ijzersterk te boek staande Duitsland in de gevarenzone zit, dan zijn de kapitalistische rapen bepaald gaar.

In de landen waar vooral de schuldencrisis huishoudt, gaat het ook van kwaad tot erger. Vandaag kwam het bericht dat de economie in Griekenland nog harder krimpt dan eerder gedacht. Verschillende cijfers doen de ronde. De centrale bank van het land hield het eerder op 4,5 procent. Maar premier Samaras zei nu dat het wel eens meer dan 7 procent kan worden. Niet al te zeer getreurd, de premier denkt dat de werkloosheid door regeringsbeleid van 24 naar 10 procent kan worden teruggebracht. Dat bericht Nu. Nl, terwijl Nieuws.nl haar stukje over de verwachte krimp voorziet van de kop: “Griekse premier verwacht groei binnen 18 maanden.” Eerst het zwavelzuur, dan het zoet. Zou de man het zelf geloven? Hoe dan ook, maandag daalde de aandelenbeurs van Griekenland met 7,3 procent.

Spanje, een aanverwant treurverhaal. Daar zijn niet alleen de centrale regering, maar ook meerdere regio’s – in geldnood. Valencia en Murcia hebben al om ondersteuning gevraagd. De centrale regering heeft alvast een fonds van 18 miljard gevormd om noodlijdende regio’s te steunen. Het is maar zeer de vraag of dit genoeg zal zijn. Gisteren werd bekend dat Catalonië dit ook van plan is. De geldproblemen van regionale overheden hebben een bekend klinkende oorzaak: grootschalige investeringen in bouw en infrastructuur – investeringen die op financieel drijfzand bleken te zijn gebouwd. Catalonië moet bijvoorbeeld in de tweede helft 3,4 miljard euro aan uitstaande schuldverplichtingen afbetalen. Als dat uit het noodfonds moet, en als veel van de 18 regio’s in zo’n schuitje zitten, dan is die 18 miljard snel op.

Intussen is de rente die Spanje voor staatsleningen betaalt opgelopen tot meer dan 7,5 procent, en daarmee weer in de gevarenzone belandt. Regeringen Portugal, Ierland, en Griekenland vroegen Europese ondersteuning aan toen de rente dit soort niveaus bereikte. Of de lening, bedoeld voor gammele banken in Spanje, wel genoeg is vraagt de NRC zich al af. Die lening bedroeg 100 miljard euro’s. Hetzelfde artikel meldt ook nog dat de economie van dat land volgend jaar niet met 0,2 procent zal krimpen, zoals eerder verwacht, maar met 0,5 procent. De ongetwijfeld geruststellend bedoelde kop “Spanje: geen echte noodhulp nodig – Griekenland blijft in de euro”, ook uit de NRC zou wel eens een beperkte houdbaarheid kunnen hebben. De ‘echte noodhulp’ in de kop – en de uitspraak van de Spaanse minister van economische zaken waar de kop aan refereert – doelt niet op die 100 miljard bankensubsidie, maar op eventuele noodhulp aan de Spaanse staat om haar betalingsverplichtingen na te kunnen (blijven) komen.

Intussen is de economische ramp niet bepaald tot Europa en haar schuldencrisis beperkt. Het IMF verwacht bijvoorbeeld dit jaar dat de wereldeconomie dit jaar 0,3 procent krimpt; de geraamde groei van volgend jaar bedraagt dan 0.7 procent. Dat houdt dus bepaald niet over. Een snel rondje. De Verenigde Staten: “Bernanke verwacht ‘tergend langzaam’ herstel van economie VS”, aldus de NRC. Bernanke is de chef van de Federal Reserve, het centrale bankstelsel van de VS. China, met haar snelle economische groei als het ware een trekpaard van de wereldeconomie, ziet die groei terugvallen:, van iets boven de acht procent in het eerste kwartaal naar 7,6 procent in het tweede. In het eerste kwartaal van 2010 was de groei nog iets onder de 12 procent, dus de terugval is niet gering. Een eerdere forse vertraging in de industriële activiteit in juni vlakt overigens in juli weer af.

Japan incasseert intussen een opvallend gegroeid handelstekort, met een kleine exportstijging tegenover een veel forsere importstijging. Er moet meer energie ingevoerd worden, nu kerncentrales nog steeds stilliggen vanwege de ramp in Fukushima. Maar ook stagnerende vraag op Japans exportmarkten spelen een rol, evenals de hoge koers van de Yen, die de export duur maakt. Japanse bedrijvenhebben  last van de kracht van de concurrentie uit China. Staalbedrijven in Japan melden fors dalende winsten: 80 procent minder dan een jaar ervoor, in het geval van de grootste Japanse staalfirma, Nippon. Nummer twee boekt 60 procent minder winst. Dalende prijzen door uitbreiding van productie in China speelt hier een rol.

Daarmee zijn we aan een aspect toe dat wat minder aandacht krijgt dan de staatsfinanciën van Spanje en Griekenland en de schuldencrisis in het algemeen. Met die staatsfinanciën gaat het dus beroerd. Maar hoe gaat het met het bedrijfsleven zelf?

(wordt vervolgd)

, , , , ,

Comments are closed.